zaterdag 22 mei 2010

Toets 2 (vervolg): Toewijzing

Een eerste groep meldingen wijst naar de Villawijk.
II/AR SS was daar opgesteld, zoals uit drie bekende foto's blijkt.

Een tweede groep berichten duidt op stellingen in de Bosrand, N en/of Z van de Geertjesweg.
IV/AR 256 trok veel op met de SS-eenheden, en stond vermoedelijk in het Z deel van de Bosrand, bij "De Dorskamp".

De s Art Abt 735 (Mörsers) zal dan N in de Bosrand hebben gestaan.

III/AR 311 zou, op grond van melding 1, ("Berichten van wp's wijzen op [vijandelijke] artillerie-stellingen in vt 173-443")
W van Wageningen te plaatsen zijn.

III/AR 207 is hiermee nog spoorloos. Die afdeling kan heel goed op de Eng hebben gestaan. In een relatief laag deel van het terrein, moeilijk in te zien. Gemaskeerd door struikgewas, en hoge bomen. Bovendien door de lintbebouwing tussen Wageningen en Bennekom. Daardoor vrijwel verborgen voor Lichtmeting. De mondingsknallen van deze afdeling werden afgebogen door terreinplooien en obstakels. En kunnen zijn overstemd, door het achter de lichte batterijen opgesteld zware geschut. Dat maakte ook inpeilen door Geluidmeting zeer lastig.

We hebben zo de beschikbare informatie verwerkt. Niet alle stukjes van de puzzel zijn gevonden, maar de meeste waarschijnlijk wel. En het beeld voldoet. Enkele tegenstrijdigheden zijn nog als volgt opgelost.

Volgens de KTB's werden op 12 mei vijf afdelingen ingezet, alle O van Wageningen. Ook wordt duidelijk vermeld, dat III/AR 311 "Op 11 mei stellingen verkende O van Wageningen, voor de inzet op 12 mei".

Vreemd genoeg zijn, op een eerder opgenomen schets (Duitse bronnen, 29 juni 2009), maar drie eenheden aangegeven. Twee van 10,5 cM le FH, een derde van 15,0 cM s FH. Met stellingen in het gebied tussen Bennekom, Wageningen en Renkum. Die zijn ingetekend achter de bebouwde kom van Wageningen-stad. De divisievlag levert een oriëntatiepunt op. We weten dat de cp van ID 207 vanaf 11 mei, (rond 17.00 uur onze tijd), in Hotel de Wageningse Berg ondergebracht was. Hieronder een uitsnede van de eerder getoonde schets.


Een mogelijke interpretatie van dit plaatje is, dat de schets alleen de Divisie-artillerie betreft. Dat waren twee afdelingen 10,5 cM le FH, en één 15,0 cM s FH (II/AR SS, III/AR 207, III/AR 311). Strikt genomen, behoorde II/AR SS niet tot de Divisie-artillerie. Ook is de gebruikelijke aanduiding voor de (gemotoriseerde) 10,5 cM le FH 18 van II/AR SS anders, dan die voor de (bespannen) 10,5 cM le FH 16 van III/AR 207. Dat geven de indelingsoverzichten ook aan. De aanduiding voor III/AR 311 klopt weer wel.

Een laatste breinbreker vormde het verslag van de heer J. van Tricht. Die vertelde, dat op 12 mei 1940 al geschut op de Eng bij de Geertjesweg heeft gestaan. Later, in de nacht, of vroege ochtend, kwam daar een nieuwe eenheid bij. Die nam achter zijn ouderlijk huis stellingen in. Deze herinneringen voor waar aannemend, blijft de nieuw aangekomen eenheid moeilijk in te passen. Welke eenheid moet dat dan geweest zijn ?
Alleen II/AR 207 was beschikbaar, maar die was in Heelsum, gereedgesteld. Oplossing is, dat in de nacht van 12 op 13 mei een eerder in Wageningen aangekomen eenheid, doorschoof naar een nieuwe plek. We vermoeden, dat verplaatsingen doorgaans in de nacht uitgevoerd werden. Volgens het verslag van Arko 22 (Oberst Walter Büchs) voerde de Divisie-artillerie "in de vroege ochtend van 13.5 de bevolen stellingwisseling uit". Tot deze groep rekende hij ook II/AR SS. Maar die bleef in de oude stellingen staan. De s Art Abt 735 veranderde waarschijnlijk wel van plaats. Oberst Büchs vermeldt tenminste in zijn dagrapport, dat deze afdeling "bij het aanbreken van de dag tot vuren gereed" was.

Niet beslisbaar is, of III/AR 311 rond de middag van 12 mei al W van Wageningen verscheen. Dat gebeurde op zijn laatst in de nacht van 12 op 13 mei. Er vielen drie slachtoffers bij 9/AR 311. Kanonier Niesswandt (12.5), Unteroffizier Schröder (12.5), en Kanonier Steckelies (13.5). De Korpsveearts, sprak van een slachting onder de paarden van deze afdeling in die nacht. Maar door welk vuur moet dat dan zijn geweest ?

Zolang niet anders blijkt, wordt de hierboven aangegeven, eerste en beste, oplossing gekozen. Met het zware geschut in de Bosrand, het lichte geschut daarvoor. De afdeling met de kortste dracht het verst vooruitgeschoven. Dat is de opstelling die, artilleristisch gezien, het meest voor de hand ligt. Het tijdstip waarop III/AR 311 in de westrand van Wageningen kwam, laten we dan maar in het midden.

Tot slot van deze blog zijn nog twee afleveringen gepland. Een revisie van de stellingen per dag, en een samenvatting.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reactie