dinsdag 28 april 2009

Opstellingen 11-13 mei

Het is tijd voor een tussenstand. We mogen er wel van uitgaan, dat er geen geschut op het Z deel van de Wageningse Berg heeft gestaan. Dat lag ook niet zo voor de hand. Het was ongewenst daar vuur te trekken. Er stond een ziekenhuis, en er werden Duitse commandoposten gevestigd.

Duidelijk is, dat de Mörser Afdeling 735 (met twee batterijen), met II/AR SS, en IV/AR 256 (ook met twee batterijen), in de nacht van 10 op 11 mei 1940 in Renkum aankwamen. Dit waren gemotoriseerde afdelingen, die vooruit werden gestuurd. Later kwam ook III/AR 207 hier aan. Dat was een bespannen afdeling, die minder snel vooruit kwam.

Het geschut werd opgesteld in twee licht gebogen lijnen, ongeveer 500 m achter elkaar. En daar kwam het in actie voor de aanval op de Grebbelinie. Er werden storende vuren afgegeven. Later ook gericht vuur op onze artillerie, toen dat was verkend. Maar vooral werden deze batterijen gebruikt om de aanval op de voorposten voor te bereiden en te ondersteunen. Daarvoor zijn observatieposten vlakbij het front bezet. Zeker ook de kerktorens van Wageningen. Het hoogst was toen de toren van de "Nieuwe Kerk", de RK kerk. Die was 64 m, inclusief het kruis [Gegevens website Historische Vereniging "Oud Wageningen"].

In de Duitse Krijgsdagboeken staat alleen, dat II/AR SS "O van Wageningen" in stelling kwam, met een waarnemingspost in de ZO-rand van Wageningen. Dat zijn nogal vage aanduidingen. De commandopost werd ingericht in huize Belmonte.
De taken zijn wel helder:

o II/AR SS gaf I/SS "Der Führer" ondersteuningsvuur N van de weg Wageningen-Rhenen.
o III/AR 207 deed hetzelfde Z van de weg voor III/SS "DF".
o IV/AR 256 bestreed met luchtverkenning onze artillerie W van de Grebbeberg (dus vooral in het gebied N van Rhenen).

Tegen de avond waren de voorposten opgerold, en werd onze verdediging daar opgegeven.

Over de locaties van 12 mei is nu ook meer te zeggen.
De opstellingen waren als volgt verdeeld over drie vakken (rood omlijnd).


III/AR 311 heeft op de dag ergens O van Wageningen gestaan (op de Eng ?). Dit was een afdeling met drie batterijen 15 cm van een ouder model. In de nacht van 12 op 13 mei werd deze verder naar voren gebracht. Naar het gebied tussen de Mennonietenbuurt en de Oude Haven.

In het middengebied stonden III/AR 207 en II/AR SS, met elk drie batterijen 10,5 cm. Verspreid over de Eng en bij de villawijk op de Wageningse Berg.

Verder Oost stond alleen zwaar geschut. Met twee batterijen 21 cm van Mörser Afdeling 735 ("bij" Nol in 't Bosch ?) en nog twee 15 cm van IV/AR 256 ("bij" Dorskamp ?).

Van hieruit werd vooral het Hoornwerk met de aangrenzende delen van de Grebbelinie (tussen De Spees en De Dijk) beschoten. Ook werd opnieuw onze artillerie bestreden. De taken waren:
o IV/AR 256 en II/AR SS concentreerden hun vuur op de "bunkerlinie" Z van de weg naar Rhenen.
o III/AR 207 en III/AR 311 vuurden op de versterkingen N van deze weg.
o MA 735 en IV/AR 256 gaven met de andere eenheden een vuurconcentratie op het Hoornwerk en omgeving af, en hielden zich verder met artilleriebestrijding bezig.

In de avond van 12 mei forceerde de SS een doorbraak bij het Hoornwerk, en vestigde daar een bruggenhoofd. Een voorhoede (geleid door Obersturmbannführer Wäckerle) drong in de eerste verwarring door tot aan het viaduct, bij de fabriek "De Stoomhamer". Het gros werd voor de stoplijn vastgenageld in ons vuur.

Over de latere opstellingen zijn weinig nadere gegevens bekend. Zeker is, dat III/AR 311 naar voren werd gebracht, om de beoogde doorstoot naar Rhenen te ondersteunen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reactie